Ludger

Leven

---afkomst en onderwijs

---voortgezet onderwijs
---bij de Friezen, Italië
---bij de Saksen, Münster
---Ludger de voltooier
---Ludgers bekendheid
---Ludger en de Achterhoek

Kerken Ludgerkring Oost Gelderland

Scholen

Monumenten

Boeken

Verenigingen

Ludgerpad

Nieuwsbrieven


Pagina bijgewerkt 11-11-2019.











742 -767

Afkomst

Sinds de volksverhuizing beheersten de Friezen niet alleen het noorden van het tegenwoordige Nederland, maar ook het westen en midden. De fries Wurssing, een rijke landeigenaar in het Utrechtse, werd bekeerd door de Angelsaks Willibrord, de eerste bisschop van Utrecht.

De Friezen die zich lieten dopen, werden door hun koning Redbad gezien als verraders die heulden met de Franken. Daarom moest de familie van Wurssing voor enige tijd naar het veilige zuiden vluchten.

In 742, drie jaar na de dood van Willibrord, werd Ludger (Fries: Liudger) geboren uit het huwelijk van Wurssings zoon Thiadgrim met Liafburg in/op Suabsna, een landgoed aan de Vecht. De deskundigen zijn het er niet over eens waar Suabsna moet hebben gelegen. In Attinghem in de buurt van Breukelen? Of dichter bij Utrecht, in Zuilen (de Zweser Eng)? We houden het nu op dat laatste.

De belangrijkste zendeling (missionaris) in die dagen was de Angelsaks Bonifatius, de apostel van Duitsland. De jonge Ludger heeft de bejaarde prediker zeker verschillende malen ontmoet. De moord van 5 juni 754 bij Dokkum moet diepe indruk op de jongen gemaakt hebben.

beeld van Bonifatius (Dokkum)

Beeld van Bonifatius (Dokkum)

Ludger wordt overgedragen aan Gregorius

Ludger wordt overgedragen aan Gregorius

Eerste onderwijs

Er was inmiddels een domschool in Utrecht, geleid door abt Gregorius, waar Ludger tussen 755 en 767 naar toe ging. Die keuze kun je verwonderlijk noemen, als je weet dat hij als oudste zoon gemakkelijk had kunnen kiezen voor het beheer van het grote grondbezit van zijn vader. Kennelijk trok het leren hem sterker. Het was meestal de weg om priester te worden. Hij koos dus in feite voor een religieus bestaan, waarin hij afzag van persoonlijk bezit en een eigen gezin.